Autisme en bindingsangst, verlatingsangst

Waarom het voor mensen met autisme vaak lastiger is om een partner te vinden, werd mij duidelijk tijdens mijn eigen zoektocht naar een serieuze relatie.

De meeste mensen met autisme verlangen net zo sterk naar een fijne, liefdevolle relatie als ieder ander. Toch blijkt het vaak moeilijker om die leuke partner te vinden, te hebben én te houden.

Door coaching en trainingen leerde ik mijn eigen patronen en “onhandige” gedrag herkennen.
Ik begon te begrijpen waarom relaties steeds misliepen. Toen ik deze patronen eenmaal doorzag, kon ik het anders aanpakken, met als resultaat leukere contacten en uiteindelijk een warme, stabiele relatie.

Diezelfde patronen zie ik, in verschillende vormen, ook bij mijn coachklanten terug.
Herken je dat? Wil jij graag een fijne relatie, maar lukt het steeds niet om die te vinden of vast te houden?

Weet dan: ook mét autisme en weinig of geen relatie-ervaring kun je een liefdevolle, duurzame relatie opbouwen.


Hechting en autisme

De meeste mensen vinden hun partner ergens tussen hun twintigste en dertigste. Zij maken emotioneel contact op een natuurlijke manier en komen daardoor relatief makkelijk in een stabiele relatie terecht.

Bij mensen met autisme verloopt dat proces vaak anders. Zij vinden het moeilijker om nabijheid te verdragen, zichzelf te laten zien of volledig te vertrouwen op de ander. Soms leidt onzekerheid ertoe dat ze zich juist te snel in een relatie storten, die uiteindelijk niet goed voelt.

Opvoeding, schooltijd en werkomgeving spelen hierbij een grote rol. Als je opgroeit in een omgeving waar je je gezien, begrepen en gewaardeerd voelt, ontwikkel je een veilige hechting. Dat zorgt voor vertrouwen, in jezelf én in de ander, en helpt je om gezonde relaties aan te gaan.

Veel mensen met autisme hebben echter negatieve ervaringen opgedaan.
Ze werden gepest op school, buitengesloten tijdens hun studie of genegeerd op de werkvloer. Niet begrepen worden, of het gevoel hebben er niet echt bij te horen, loopt als een rode draad door hun leven.

Dat tast je zelfvertrouwen aan.

Als je vroeger niet of onvoldoende gesteund bent door de mensen die juist veiligheid hadden moeten bieden, kan dat diepe sporen nalaten. “Trek het je niet aan” of “laat je niet kennen”, goedbedoelde adviezen, maar voor velen onhaalbaar.

Onbewust leer je dan dat je er alleen voor staat. Je vraagt geen hulp meer, want “niemand begrijpt me toch.”

Aan de andere kant zijn er mensen die juist overmatig beschermd werden, waardoor alles voor hen werd geregeld.
Ook dat belemmert je in het leren omgaan met moeilijke gevoelens en relaties.

Overlevingsstrategieën uit het verleden

De pijn en het onbegrip uit je verleden kunnen ervoor zorgen dat je jezelf afsluit.
Je laat je échte zelf niet meer zien, uit angst om opnieuw gekwetst te worden. Je duwt gevoelens weg omdat ze te overweldigend zijn.

Die strategie had je ooit nodig om te overleven.
Maar wat je toen beschermde, kan je nu in de weg zitten.

Want om de liefde te vinden die je verlangt, heb je juist kracht én kwetsbaarheid nodig, precies die delen van jezelf die je ooit hebt weggestopt.

Wanneer oude pijn en verdriet je nog beïnvloeden, spreken we van onveilige hechting. En als dat je belemmert in het aangaan van relaties, kan dat zich uiten in bindingsangst of verlatingsangst.


Bindingsangst en verlatingsangst bij autisme

Van bindingsangst en verlatingsangst zijn mensen zich zelden bewust.
Ze reageren vanuit oude, onbewuste herinneringen en ervaringen.

Mensen met bindingsangst vinden intimiteit spannend of zelfs bedreigend.
Toenadering en liefde kunnen voelen als verstikking, waardoor ze onbewust afstand houden. Ze vermijden echte verbinding en commitment, terwijl juist dát de basis is van een fijne relatie.

Mensen met verlatingsangst verlangen juist sterk naar nabijheid.
Ze willen heel graag samenzijn, maar vergeten soms te onderzoeken of de ander echt goed bij hen past. Ze hebben veel bevestiging, contact en aandacht nodig om zich veilig te voelen. Dat kan leiden tot claimend gedrag, wat de ander juist weer afstoot.

Bindingsangst en verlatingsangst houden elkaar vaak in een vicieuze cirkel gevangen.
De bindingsangstige trekt zich terug, de verlatingsangstige klampt zich vast, en zo blijft echte verbinding uit.

Om een gezonde, liefdevolle relatie op te bouwen, moet deze cirkel worden doorbroken.


De eerste stap: weer verbinding maken met jezelf

De eerste stap om bindingsangst en verlatingsangst te doorbreken, is opnieuw verbinding maken met jezelf.
Ooit had je een goede reden om je gevoel af te schermen.
Nu mag je die kracht en kwetsbaarheid weer toelaten, stap voor stap.

Ik heb al veel mensen met autisme, bindingsangst en verlatingsangst mogen begeleiden naar een warme, gelijkwaardige relatie.
Ook voor jou is dat mogelijk.

Wil jij werken aan verbinding en liefde?

Wil je meer weten over autisme, bindingsangst of verlatingsangst  en hoe je deze patronen kunt doorbreken?
Neem gerust contact met me op via het contactformulier of stuur een mail naar dating@okbegeleiding.nl